Vertalingen go in EN>NL
to go in | betreden (ww.) ; binnengaan (ww.) ; binnenkomen (ww.) ; binnenlopen (ww.) ; binnenmarcheren (ww.) ; binnenstappen (ww.) ; binnentreden (ww.) ; binnentrekken (ww.) ; ingaan (ww.) ; intreden (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `go in`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
EN: march in